Fanfare Concordia

1898

Het begin van de geschiedenis van Concordia. Heel Nederland vierde feest ter gelegenheid van de kroning van Prinses Wilhelmina tot Koningin. In Vinkeveen moest dat feest echter zonder muziek gevierd worden, want er was geen muziekverenging. Daarom besloten tien Vinkeveners, onder wie Hendrik Gijzen en de toenmalige schoolmeester S. Bison, een muziekgezelschap op te richten. De eerste periode was zeer moeilijk, want al na 43 dagen gaf schoolmeester Bison de moed op en verliet het gezelschap. Het was hem niet gelukt om de Vinkeveense veehouders, turfschippers en tuinders- zonder instrumenten- de elementaire regels van de muziek bij te brengen. Nu bood Hendrik Gijzen aan de leiding op zich te nemen. Met taaie volharding, veel vallen en opstaan en vooral ook veel zelfstudie zag hij kans om van Concordia een echte muziekvereniging te maken. Dankzij zijn doorzettingsvermogen kwam Concordia de vele moeilijkheden telkens weer te boven.

 

Dirigent H. Gijzen

 1909

Bij de geboorte van Prinses Juliana, kon Concordia namens Vinkeveen acte de présence geven. Met 15 man ging men de straat op om met muziek de feestvreugde op te luisteren. De vroede vaderen van Vinkeveen waren dermate onder de indruk, dat zij ongevraagd ƒ25,- subsidie gaven. Een jaar later werd een grote collecte onder de bevolking gehouden. Met de opbrengst werd een muziektent gebouwd, waar Concordia iedere veertien dagen een optreden verzorgde.

1912

Concordia boekt haar eerste succesje: een magere tweede prijs op het concours in Baambrugge. Het werd het begin van een lange reeks successen, die Concordia langzaam maar zeker aan de top zou brengen.

 

fanfare concordia 1922

Fanfare Concordia in 1922

 1929

Dit jaar stond in het teken van een nieuwe muziektent. Verschillende acties maakten het mogelijk, dat voor de somma van ƒ990,- een grotere nisvormige tent werd gebouwd, die tot aan het begin van de zestiger jaren dienst heeft gedaan. De verschillende concerten, veelal opgeluisterd met zelfgeschreven toneelstukjes en revues, werden druk bezocht.

1931

Concordia laat zich verleiden om deel te nemen aan het Nationaal Concours in De Bilt en kwam daar voor het eerst uit in de hoogste categorie: de Ere Afdeling. Een ruime tweede prijs was het resultaat. De muzikale successen zullen er zeker toe geleid hebben, dat veel, vooral jonge Vinkeveners en Waverveners, zich bij Concordia als lid kwamen aanmelden.

1937

De toename van het aantal jeugdleden bleek zo groot, dat men besloot een jeugdorkest op te richten.

1940-1945

Repetitiebezoek werd steeds vaker onmogelijk toen de periode van de verduistering aanbrak. Ondanks het feit, dat door de Arbeitseinsatz het aantal leden in de oorlog steeds verder afnam, besloot het bestuur om geen nieuwe leden aan te nemen. Dit vanwege het feit, dat het op principiële gronden weigeren van aspirant-leden, welke lid waren van de NSB, wel eens het einde van de vereniging zou kunnen betekenen. Nu werd een ieder, zonder aanzien des persoons, het lidmaatschap ontzegd. De eerste maanden van het jaar dat de bevrijding zou brengen, waren de donkerste uit de gehele oorlogstijd. Voor Concordia was het houden van repetities onmogelijk geworden. De komst van de Geallieerden in mei 1945 was natuurlijk aanleiding tot uitbundig feestvieren. Een sterk uitgedunde vereniging nam, overal waar het in Vinkeveen en omgeving maar mogelijk was, deel aan de bevrijdings-, oranje- en buurtfeesten. Langzaam maar zeker vond Concordia haar oude ritme weer terug. De leden, die in Duitsland tewerkgesteld waren, namen bij hun thuiskomst de instrumenten weer op, zodat na enige tijd ook weer met succes kon worden deelgenomen aan verschillende concoursen.

 

uniform jaren 50

Uniform jaren 50

 1966

Bij Concordia begon de gedachte te leven om van de vereniging een Brassband te formeren, de Fanfare was namelijk onderbezet. Men moest ongeveer 35 leden hebben voor een complete bezetting, maar men had maar 25 leden, net genoeg voor de standaardbezetting van een Brassband. Het toenmalige bestuur is toen te rade gegaan bij Meindert Boekel, componist en dirigent van de Nationale Brassband te Amsterdam. Na veel wikken en wegen werd door de ledenvergadering de knoop doorgehakt om een Brassband te worden.